BLOG Restauratie Van Hagerbeer/Schnitger-orgel Alkmaar [ 3 ]

Het wereldberoemde Van Hagerbeer / Schnitger-orgel in de Alkmaarse Grote Kerk wordt gerestaureerd. Begin 2015 zal het werk naar verwachting gereed zijn en kan het prachtige instrument zijn klanken weer laten horen. In dit blog doet Jan Zwart, bestuurslid van de Alkmaarse Stichting Vrienden van het Orgel, voor de lezers van Orgelnieuws verslag van de voortgang van de restauratie. Hij wordt bijgestaan door de organisten Pieter van Dijk (stadsorganist) en Frank van Wijk, en Erik Winkel, adjunct-directeur van Flentrop Orgelbouw.

Text Example

advertentie



 

Maandag 22 september jl. hadden de organisten Pieter van Dijk en Frank van Wijk een afspraak met Erik Winkel in de pijpenmakerij van Flentrop Orgelbouw. Frank van Wijk doet verslag:

 

Van Hagerbeer in spiegelbeeld

Nu zich hier een groot gedeelte van het pijpwerk van het Alkmaarse grote orgel bevindt, bestaat de mogelijkheid om dit unieke materiaal van nabij te bekijken en nader te bestuderen. De aanleiding voor ons bezoek vormden de spiegelvelden van het front van de hoofdkas, dat nog geheel van Van Hagerbeer stamt en dateert uit de bouwperiode van het orgel (1639-1646).

 

Op deze foto van de hoofdkas zijn met gele pijlen de spiegelvelden aangegeven die mogelijk ooit gesproken hebben. Deze bevatten elk twintig pijpen (per veld tien staande en tien hangende pijpen). De vier rode pijlen wijzen naar de kleine spiegelvelden die altijd ‘stom’ geweest zijn. In de overige velden staan delen van de prestanten 24, 16 en 8 van Pedaal, Hoofdwerk en Bovenwerk opgesteld. | © foto Jan Zwart
Op deze foto van de hoofdkas zijn met gele pijlen de spiegelvelden aangegeven die mogelijk ooit gesproken hebben. Deze bevatten elk twintig pijpen (per veld tien staande en tien hangende pijpen). De vier rode pijlen wijzen naar de kleine spiegelvelden die altijd ‘stom’ geweest zijn. In de overige velden staan delen van de prestanten 24, 16 en 8 van Pedaal, Hoofdwerk en Bovenwerk opgesteld. | © foto Jan Zwart

 

Spiegelvelden komen regelmatig voor in zestiende- en zeventiende-eeuwse orgels. Je herkent ze aan de pijpen die met de voeten als het ware gespiegeld op elkaar staan; een fraai optisch effect. Deze spiegelvelden hadden vaak ook een klinkende functie: de op elkaar geplaatste pijpen klonken tegelijkertijd op dezelfde toonhoogte en vormden een zogenaamd dubbelkoor.

 

In de werkplaats | © foto Hans Steketee
In de werkplaats | © foto Hans Steketee

 

Al bij het bestuderen van deze pijpen konden we opgelucht vaststellen: geen corrosie! Alles zag er nog bijzonder gaaf uit, zelfs kernsteken ontbraken. Na enige voorbereidingen konden de pijpen op de lade geplaatst worden en steeg bij ons de spanning: spreken ze nog na zoveel eeuwen, en zo ja, hoe is de klankkwaliteit? Tot onze verrassing gaven de meeste pijpen direct een toon, sommige exemplaren hadden even wat hulp nodig, maar de klank was verbazingwekkend goed en zeer intens! Maar er waren ook vragen: zo ontbraken bijvoorbeeld de karakteristieke subsemitonen waar het Alkmaarse orgel in de zeventiende eeuw over beschikte.

 

Pieter van Dijk, Erik Winkel en Frank van Wijk onderzoeken het pijpwerk | © foto Hans Steketee
Pieter van Dijk, Erik Winkel en Frank van Wijk onderzoeken het pijpwerk | © foto Hans Steketee

 

Ter toelichting: subsemitonen en -toetsen werden aangebracht om binnen de toen gebruikelijke middentoon temperatuur meer mogelijkheden voor transponeren te scheppen, met name bij het begeleiden van de psalmzang. Werd een organist destijds gevraagd om een psalm een toon hoger te spelen (wat vaak gebeurde bij orgels in de lage kamertoonstemming zoals in Alkmaar) dan had hij een probleem: valse akkoorden! De extra pijpen en toetsen dienden dus om deze valse klanken te kunnen ‘omzeilen’. Van Hagerbeer schrijft daar in 1643 al over tijdens de bouw van het orgel.

 

Frontpijpen veilig opgesteld op klossen in de werkplaats | © foto Frank van Wijk
De frontpijpen staan om aangesloten te worden op de windlade. Zullen ze gaan spreken? | © foto Frank van Wijk

 

De klavieren van het Alkmaarse orgel hadden dus niet de gebruikelijke twaalf maar veertien toetsen per octaaf, waarbij de boventoetsen voor es/dis en bes/ais gesplitst waren; in het Engels spreekt men in dit verband dan ook van ‘split keys’. Deze hebben echter maar korte tijd werkelijk gefunctioneerd: al in 1685 stelde orgelmaker Duytschot deze bij een renovatie buiten gebruik toen hij de klavieren vernieuwde. Sindsdien hadden deze ‘gewoon’ weer twaalf toetsen per octaaf en verloor het Alkmaarse orgel ‘een qualiteit waar in deselve alle andere overtrof, bestaande in ’t wegnemen van [een] sekere valsheid’, aldus de Haagse organist Quirinus van Blankenburg in 1722 in een brief aan de Alkmaarse burgemeesters. Van Blankenburg schreef dit bijna veertig jaar na de ingreep van Duytschot; zo befaamd waren deze subsemitonen dus nog!

 

Erik Winkel sluit de pijpen aan op de lade | © foto Frank van Wijk
Erik Winkel sluit de pijpen aan op de lade | © foto Frank van Wijk

 

Van Hagerbeer’s spiegelvelden hebben dus na eeuwen weer geklonken, maar riepen tegelijkertijd allerlei vragen op die we met nader onderzoek in de toekomst hopen te kunnen beantwoorden.

 

Bekijk ook de overige afleveringen van dit blog.

 

 

© 2014 foto top: Jan Zwart 

1 Comment

  1. Het is leuk te vernemen dat het orgel van de Grote Kerk te Alkmaar een restauratie ondergaat. Interessant wat U over de spiegelvelden schrijft.
    Jaren geleden heb ik gelegenheid gehad de heer Johannes Steketee persoonlijk te leren kennen tijdens een bezoek aan Flentrop orgelbouw te Zaandam. Dit was precies in oktober van het jaar 1978. Vanaf 1977 had de firma Flentrop Orgelbouw de orgels van de kathedraal van Mexico Stad gerestaureerd (zij werden gebouwd in 1695 en 1735).

    Zo verblijf ik hoogachtend en met vriendelijke groeten,

    Dr. Michael Drewes

Reacties zijn gesloten bij dit onderwerp.