RECENSIE Like a Phoenix from the ashes – Gdansk Organ Landscape vol. 1

Van een cd als deze word je bij voorbaat vrolijk: Een reconstructie van een, voor mij onbekend, groot barokorgel in de meest oostelijk gelegen Hanzestad die actief heeft bijgedragen aan het ontplooien van die verslavende Noord-Duitse muziekcultuur. Een onbekende organist, en boeiend programma met als afsluiter een werk van een volslagen onbekende componist. Daar moet je even rustig voor gaan zitten.

Text Example

advertentie



De speelman van dienst is Andrzej Miko?aj Szadejko. In de Lage Landen zal hij weinig herkenning oproepen, maar in Polen en omgeving is zijn naam stevig gevestigd. Niet alleen als organist, maar ook als orgeladviseur en dirigent heeft hij naam gemaakt, waarbij hij vooral het oude Danzig wil laten herleven.

Al te vaak wordt vergeten dat deze Hanzestad een volwaardige partij meespeelde in de Noord-Duitse orgelcultuur. Namen als Paul Siefert, Andreas Neunhaber, Ewaldt Hintz, Daniel Magnus Gronau en Theophil Andreas Volckmar zijn verbonden aan het Gdansk dat toen nog Danzig heette. Het zijn misschien niet de grootste namen, maar ze hebben wel een belangrijke bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van Noord-Duitse orgelmuziek.

Szadejko heeft ze in het verleden allemaal gepromoot en grotendeels vastgelegd op zilveren schijven. Danzig staat hiermee samen met Hamburg, Lübeck en Lüneburg in de eervolle rij van steden die vrijwel de hele periode van de Noordduitse barok een actieve orgelcultuur hebben gehad.

Een reconstructie die klinkt als een klok

De reconstructie van het orgel van de franciscaner Trinitatiskerk in Gdansk is ongetwijfeld een van Szadejko’s meest bijzondere opdrachten als orgeladviseur. Het instrument is in eerste aanleg in 1608 door Mertens Friese gebouwd en in de volgende 150 jaar verder uitgebouwd om aan de eisen van de tijd te kunnen voldoen.

In het begin van de twintigste eeuw wordt het orgel eerst van zijn binnenwerk ontdaan, in de Tweede Wereldoorlog wordt ook de kast verwijderd. In de halve eeuw daarna wordt er gepoogd om van de restanten nog het beste te maken. Dat is geen succes waardoor het een wonder is dat er toch nog iets bewaard is gebleven.

De nieuwe eeuw brengt nieuw elan. Als een 3D-puzzel wordt de kast weer in elkaar gezet en meesterorgelbouwer Kristian Wegscheider krijgt de opdracht om het instrument te reconstrueren naar de situatie van 1757.

Een kort octaaf uit de vroege 17e eeuw en een 18e-eeuwse Bach/Kellner-stemming laten zien dat er echt gekozen is om het oorspronkelijke concept van Friese te laten groeien naar de imponerende opzet die Friedrich Rudolf Dalitz in 1757 heeft gerealiseerd. De restauratie-uitgangspunten doen denken aan de keuze die Ahrend en Edskes destijds maakten toen ze voor de eveneens uitdagende taak stonden om van de restanten van het Martinikerkorgel in Groningen iets te maken. Zij kozen eveneens voor een midden-18e-eeuwse opzet die ook daar een uitstekende keuze bleek.

Wegscheider, die al vele malen heeft getoond een expert in reconstructies te zijn, heeft zich ook hier weer van zijn beste kant laten zien. Met zeer beperkt referentiemateriaal is moeilijk vast te stellen hoe het instrument heeft geklonken. Toch staat er nu in ieder geval een orgel met stralende mixturen, prestanten die een brede en tegelijk heldere ’streek’ hebben tegenover een mooi mild fluitenensemble.

Gek genoeg kunnen die prestanten en fluiten elkaar prima aan. De tongwerken zijn fraai, zowel solistisch als in grotere registraties. Met de klassieke opzet van hoofdwerk, rugpositief, borstwerk en pedaal valt vooral de forse bezetting van het pedaal op. Zelfs een Untersatz 32′ ontbreekt niet. Los van de welluidendheid van het instrument is het vooral ook een ideaal orgel om aanvullend aan Schnitger en Stellwagen als referentie- instrument te dienen voor de Noord-Duitste barok.

Noord-Duits rondje

Verrassend genoeg kiest Szadejko er dit keer voor om, met uitzondering van een kleine anonieme compositie, de lokale garde met rust te laten. In plaats daarvan kiest hij ervoor om bij onze Sweelinck te beginnen en van hem een Poolse dans op de lessenaar te zetten (dat dan weer wel, wellicht gecomponeerd op verzoek van een oostelijke leerling?). Bij deze variaties worden met name de prestanten en tongwerken voor het voetlicht gehaald, waarbij ik vooral in de laatste variatie onder de indruk was van het werkelijk schitterende plenum. Met de gekozen werken van een aantal zuidelijke componisten wordt getoond hoeveel invloed het zuiden op het noorden had. Uiteraard mogen de grote drie Buxtehude-Böhm-Bach niet ontbreken. Als reflectie op Sweelinck krijgen we in de Böhm-variaties vooral een expositie van het fluitenensemble.

Bij een Ricercare van Frescobaldi en het Magnificat van Buxtehude wordt alternatim gezongen door een schola. Deze mannen zingen niet alleen buitengewoon fraai, je raakt ook onder de indruk van de weldadige akoestiek van de kerk.

Szadejko is een vaardig speler die kleurrijk registreert en vooral ook mooi en muzikaal articuleert. Het wordt even spannend bij de Fantasia en Fuga in a BWV 561. In de fuga slaat hij een beetje op hol en heeft ook de ongelijkzwevende stemming het soms hoorbaar moeilijk. Ondertussen valt wel op met welke hoge technische perfectie hij niet alleen speelt en tegelijkertijd ook zijn inlevingsvermogen inzet om er een stylus phantasticus van te maken. Het komt dus uiteindelijk allemaal op zijn pootjes terecht. Buitengewoon knap, maar mij wel net iets te snel.

Zoals gewend bij MDG is de uitgave goed verzorgd, het booklet is informatief over orgel, bespeler en composities. Helaas blijven ze schaars in het fotomateriaal. Dat is jammer want de enkele foto’s laten ook qua uiterlijk een boeiend instrument zien. Ik had daar graag meer van gezien om het nog meer te laten leven. Overigens is ook digitaal maar beperkt fotomateriaal te vinden.

Shade?

En dan nu die raadselachtige laatste compositie. Wie gaat googlen zal tevergeefs zoeken naar Andreas Shade (1674-17??) en de titel Passacaglia con thema di Buxtehude il magniera die Bach is ook al een vreemde titel. Hoezo een tijdgenoot die het beste van leermeester en gezel probeerde te verenigen? Dat had Bach immers zelf al gedaan, bovendien lijkt de passacaglia pas veel later een leven in de publiciteit te zijn gaan spelen. In mijn naïviteit de organist van dienst maar even gevraagd … Het was zijn alter ego. Kijk, dat zijn leuke verrassingen, zeker als het gewoon een geslaagde composities is waarin de technieken van Bach boven een ander thema nog een keer dunnetjes worden overgedaan. Mooi gedaan! Met deze ‘joke’ is het een mooie afsluiter van een boeiend instrument en dito bespeler.

Ik heb genoten van het spel van Andrzej Szadejko, maar, eerlijk is eerlijk, het meeste nog van het buitengewoon fraaie instrument. De Noord-Duitse barok blijft intrigeren en Wegscheider is een kunstenaar die van een puinhoop weer iets briljants weet te maken. Was Gdansk maar niet zo ver weg …

Gdansk Organ Landscape vol. 1

Like a Phoenix from the ashes

Danziger Tabulatur (1591): Phantasia primi toni; Sweelinck: Variations on Poolsche Dans; Frescobaldi: Ricercare con l’obbligo della quinta parte; Froberger: Toccata G-Dur; Capriccio G-Dur; Kerll: Toccata quinta ‘Tutta de salti’; Muffat: Toccata quarta; Böhm: Partita ‘Ach wie nichtig, ach wie flüchtig’; Bach: Fantasie & Fuge a-moll BWV 561; Buxtehude: Durch Adams Fall ist ganz verderbt BuxWV 183; Magnificat primi toni BuxWV 203; Shade: Passacaglia d-moll con thema di Buxtehude il magniera di Bach

Andrzej Miko?aj Szadejko, Wegscheider-orgel, Trinitatiskerk, Gdansk

MD+G – MDG 906-2157-6, TT 68’07, opname 05/2019, prijs € 19,99 | mdg.de