Uit spuit, de bocht gaat uit [RECENSIE]

Text Example

advertentie



‘In spin, de bocht gaat in, uit spuit, de bocht gaat uit, in spin de bocht gaan in, uit spuit, de bocht gaat UIT!’ Met kracht worden de woorden de Westerkerk in geslingerd. Het spreekkoor was begonnen met: ‘Excommunicatie. In de gratie, uit de gratie? Sluit men zo zondaars uit?’ Een goed verstaander herkent de ‘dubbele predestinatie’, zoals Calvijn die leerde. God verkiest mensen tot zaligheid, maar de keerzijde is dat Hij daarmee ook mensen verwerpt.Deze teksten komen uit de ‘Calvijn Cantate’ van Fokkelien Oosterwijk en Jos van der Kooy. Deze was voor het eerst te horen op zondag 18 januari in een dienst ter afsluiting van de Calvijnweek in Amsterdam. Van der Kooy zei die week in een interview in het Nederlands Dagblad dat wat hem betreft die uitvoering een eenmalige zaak was. Maar intussen verscheen de cantate op een cd, en is bij Small Stone Media in Dordrecht de bladmuziek van de cantate te bestellen. Ook andere koren kunnen het werk nu uitvoeren.

Sterrengewemel

Die bredere verspreiding is terecht. Want de Calvijn Cantate is een boeiend werk, waar in de teksten veel stereotiepe beelden van de reformator te horen zijn, maar waarin hij ook de kans krijgt zich te verdedigen. Uiteindelijk verenigen alle aanwezigen – koor, solist (Calvijn) en zingende gemeente – zich in de lof aan God. En dat op Geneefse melodieën waarvoor Calvijn zich sterk heeft ingezet.

Juist die afwisseling maakt deze cantate tot een mooi werk om naar te luisteren. Opvallend is de manier waarop Van der Kooy de tekst muzikaal onderstreept. Bijvoorbeeld wanneer ‘Calvijn’ zingt: ‘Zijn weten, wetten, onontbeerlijk na de zondeval’. Na het woord ‘zondeval’ klinkt een van de de laagste tonen van het grote orgel, gespeeld op de knorrende Bazuin van het pedaal. En wanneer het koor na Psalm 61 zingt over sterrengewemel, is een tinkelend geluid te horen.

Luister ook eens naar de prachtige lichte begeleiding bij de eerste coupletten van Psalm 19. Ook hier een prachtige, luchtige tegenstem, die past bij de woorden ‘De hemel roemt de Heer, het firmament geeft eer, Hem, die ’t heelal volbracht’.

De beide organisten, het koor en de bas-bariton geven een fraaie vertolking van deze cantate. Het is alleen jammer dat de samenzanggedeelten door het koor zijn gezongen en niet door een zingende gemeente. Sommige psalmen klinken daarom een beetje dun, mede door de begeleiding met het koororgel in plaats van het grote orgel. Dat wreekt zich vooral bij Psalm 150 aan het eind die gezien de tekst en de muziek nog juichender zou mogen klinken dan op de cd is vastgelegd.

Volière

De rest van de cd bestaat uit improvisaties van Jos van der Kooy. Terecht heeft hij zich daarbij niet beperkt tot het grote orgel. In de ‘Psalmtriptique’ over de Psalmen 136, 116 en 87 kan hij goed de mogelijkheden van het in 1964 gebouwde Flentroporgel demonstreren. Van der Kooy doet dat vooral met lichte, luchtige klanken, karakteristiek voor een orgel uit de jaren zestig, al heeft een latere restauratie de oorspronkelijke dunheid wat verminderd.

De cd besluit met een symfonische fantasie over Psalm 124. Wie nu een romantisch negentiende-eeuws werk verwacht, komt bedrogen uit. Qua opbouw doet het werk aan symfonieën denken, qua stijl is het gematigd modern. Van der Kooy liet zich inspireren door de berijmde tekst uit 1968, zoals die in het Liedboek voor de Kerken staat. Enkele kernregels van de coupletten staan als motto’s van de vier delen in het programmaboekje.

Ook hier betoont de Westerkerkorganist zich een meester in het muzikaal uitbeelden van woorden. Hoor de roofdieren eens grommen bij couplet 2 – ‘Het roofdier van hun toorn had ons verteerd’. Bijna alle tongwerken van het grote orgel worden ingezet om leeuwen, beren en tijgers te imiteren. En diverse fluitregisters slagen er samen met de tremulant in om een hele volière tot klinken te brengen bij couplet 3: ‘De vogelaar, die ons geen vrede liet, wou toeslaan, maar zijn strik viel van ons af’. Couplet 4 (‘Door zijn verlossing zijn wij vrijgemaakt’) klinkt evenals 1 uitbundig. Een verbindende schakel tussen die twee delen is een pedaalsolo, waarin elementen uit de eerste regel van de psalmmelodie te horen zijn.

Dit is geen cd om als achtergrondmuziek op te zetten. Wie met het booklet in de hand de teksten beluistert, en bij de improvisaties over de psalmmelodieën de teksten goed in het oog houdt, kan genieten van een cd waarvan er niet dertien in een dozijn gaan. [ROEL SIKKEMA]

Op www.nd.nl/cultuur zijn enkele fragmenten van deze cd te beluisteren.

Mét toestemming overgenomen uit het Nederlands Dagblad.

Calvijn Cantate. Tekst, Fokkelien Oosterwijk; Muziek: Jos van der Kooy; Capella Westerkerk o.l.v. Hilda Wiarda; Wout Oosterkamp, bas-bariton; Jos van der Kooy & Harmen Trimp, orgel.

Improvisatie Psalm 105 (Van der Kooy); Calvijn Cantate (Oosterwijk/Van der Kooij); Psalmentriptyque – Psalm 136, 116, 87, 6 (Van der Kooy); Symfonische Fantasie Psalm 124 (Van der Kooy). CD CNTL57003 € 17,95

[button link=”http://www.orgelshop.nl/orgelnieuws” target=”_new” style=”large” title=”BESTELSERVICE”][/button]

© 2009 www.orgelnieuws.nl