COLUMN RE: gister [ 22 ]

re: gister peter sneep

In de column ‘RE: gister’ deelt organist, componist, cantorijlid en journalist Peter Sneep op in zijn ervaringen vanaf de orgelbank (en soms de pianokruk). De wederwaardigheden van de afgelopen zondag van de begeleider in drie Amersfoortse kerken zullen dan ook het onderwerp zijn van deze column. Als het even kan wekelijks op maandag. Deel 22 – Avondgebed.

Text Example

advertentie



 

Ik heb een hekel aan stiltecoupés in de trein. Een trein is om te vervoeren, niet om eisen aan de reizigers te stellen. Ik zet dat standpunt wel eens op Facebook en niet iedereen is het met mij eens. Dat is goed. Ik heb het ook helemaal niet voor het zeggen bij de NS en dat zal nooit gebeuren ook. Dat is voor iedereen beter.

 

Gek genoeg hou ik in de kerk wel van stilte. Ik weet niet goed waarom je in de kerk stil zou moeten zijn, al zijn er genoeg bijbelteksten te vinden die stilte aanraden, maar het voelt zo goed. Als je stil bent in de kerk, kun je horen wat er in de wereld gebeurt. Dat lijkt me voor de kerk niet onbelangrijk. Je kunt bijvoorbeeld vanuit de stilte in de kerk horen dat het geluid van brommers en veegwagentjes niet fijn is. Maar ook in de kerk heb ik het niet voor het zeggen en ook dat is voor iedereen beter.

 

Soms wordt stilte gevraagd in de kerk. Dan doe ik graag mee. In het liturgieboekje van de vespers van vorige week zaterdag in de Sint-Joriskerk hier in Amersfoort was bijvoorbeeld de eerste vetgedrukte zin (iets als): ‘bereid je voor in stilte’. Maar de drie gezellige dames op leeftijd die in de bank voor me zitten weten dat niet, want ze hebben hun boekjes nog dicht. Samenzweerderig hebben ze hun hoofden bij elkaar gestoken, zodat het lijkt dat ze fluisteren. Ze kwebbelen er echter lustig op los.

 

Ik probeer me niet te ergeren aan de dames. Het is hier toch mooi en goed in de sfeervolle koorruimte van de Joriskerk? Mensen komen samen in de naam van de Heer. Straks, als de dienst begint, zullen ze ongetwijfeld stil zijn, vermoed ik. Vragen of ze stil willen zijn, staat zo onvriendelijk en kan ook weer ergernis oproepen. Dus concentreer ik me op een andere bezigheid: mensen tellen. Niet erg religieus en gewijd, maar wel leuk. Ik tel ongeveer tachtig mensen. De mensen die nog binnenkomen tel ik er bij op. Het worden er om vijf uur net geen honderd.

 

De dienst begint bijna.

 

De dames hebben de boekjes opengeslagen, maar ze hebben het zinnetje over de stilte nog steeds niet gezien. We het zinnetje dat daar vlak bij staat: Dat de mogelijk bestaan iets in het intentieboek te schrijven. De voorganger zal dan voor de persoon bidden wiens naam er in het boek is geschreven. Intentieboek is een katholieke term. Protestanten zouden het voorbedenboek noemen. De dames zijn een discussie begonnen over de vraag of ze nog van de mogelijkheid gebruik zullen maken om iets in het boek te schrijven. Iemand die ze goed kennen is namelijk ernstig ziek en voor hem zouden ze willen bidden. ‘Ja dat moeten we wel doen, ga jij nog even’, zegt een van hen tegen haar metgezel. De aangesproken dame schuift de rij uit en begeeft zich naar het voorbedenboek.

 

En ze komt weer terug.

 

De dienst begint.

 

Maar de dames zijn nog niet stil. Integendeel. Ze worden juist extra spraakzaam. Ze kunnen het koor niet zien, maar horen het wel. ‘Waar staan ze?’ ‘Staan ze op het doxaal?’ ‘Kun jij ze zien?’ De drie zitten nu achterstevoren in de bank. ‘Ja, ik zie ze. Daar, achteraan.’

 

Dan, werkelijk, zijn ze stil. Ze zingen zelfs niet mee bij de drie samenzangmomenten tijdens de dienst die drie kwartier duurt. Ik hoop maar dat ze stil blijven tot het bittere eind. Want het liturgieboekje geeft aan dat Henk Veldman ter afsluiting Choral dorien van Jéhan Alain gaat spelen. Ik ben erg benieuwd hoe dat klinkt op het nuchtere Metzler-orgel dat in het koor van de Joriskerk hangt.

 

Als je, zoals ik, van avondgebeden houdt, ben je in Amersfoort goed af. In de Joriskerk zijn er zes keer per jaar Vespers, steeds rond de christelijke feestdagen. Ze zijn op zaterdagmiddag en beginnen om vijf uur. Aan de vespers in de Joriskerk werkt altijd een van de drie Amersfoortse kamerkoren mee en een plaatselijke organist.

 

In de Oud-Katholieke Sint-Georgiuskerk is er elke donderdagavond een avondgebed. De vormgeving daarvan is zeer sober, tenminste, voor oud-katholieke begrippen. Er worden kaarsen aangestoken, er wordt wierook gebrand en het is er heel erg stil. Oud-katholieken vinden dat je in de kerk stil moet zijn en dat gebeurt, ook van te voren en na afloop. De samenzang gaat a capella, zonder orgel. Op twee momenten wordt er muziek van een cd gespeeld. Daar moet je even aan wennen, maar het kan zeer stichtelijk zijn. De muziekliefhebbers onder de aanwezigen praten vaak nog even na over de muziekkeuze en regelmatig wordt een cd uitgeleend.

 

In De Kandelaar organiseren Harry van Wijk en ik een keer per maand een avondgebed. Die diensten zijn nog eenvoudiger van vorm van die in de Oud Katholieke Kerk, maar zingen gebeurt wel bij het orgel. Soms werkt een deel van cantorij van De Kandelaar mee. Dat gebeurt niet solistisch, alleen om een antifoon voor te zingen of om de aanwezigen te ondersteunen bij het zingen van minder bekende of nieuwe liederen. Er is ruimte voor vrij orgelspel. Harry van Wijk kiest meestal een koraalbewerking uit de barok of iets later.

 

In de Lutherse Kerk in de binnenstad is ook een doordeweekse dienst, die is op woensdagmiddag van 12.30 tot 12.55 uur. In de kerk staat het oudste orgel van de stad. Uiteraard wordt dat gebruikt bij de diensten.

 

In grote steden in het buitenland zijn doordeweekse gebedsdiensten gewoon. Orgelliefhebbers bezoeken die diensten om hun lievelingsinstrument te horen. Eigenlijk zou in Nederland elke grote middeleeuwse stadskerk in Nederland minstens wekelijks een avondgebed moeten aanbieden, al was het maar om voor het welzijn van de stad en haar inwoners te bidden. Misschien komt het er nog eens van, een dagelijks avondgebed in de Joriskerk. Er zit al wat beweging in. Sinds vorig jaar is de kerk in de zomermaanden elke dag open, ook op zondag. Op zondagmiddag is er al een soort dienst, het ‘Momentum’. Maar dat is op zondag. Ik wil door de week naar de kerk.

 

Bij het verlaten van de Joriskerk, vorige week zaterdag, waren de drie dames enthousiast over de dienst. Dat weet ik, omdat ze ratelend voor me de kerk uitliepen. Ze memoreerden dat ze de enigen waren die een intentie hadden opgeschreven. Meezingen bij de altijd verrassende orgelzettingen van Henk Veldman hadden ze moeilijk gevonden. ‘Die protestantse liederen snap ik nooit’, zegt een van hen. ‘Die melodieën gaan alle kanten op’ (ik zeg erbij: wat me logisch lijkt voor een melodie).

 

Dacht ik het niet. Het waren katholieke dames.

 

Ze waren stil tijdens Alain.

 

 


 

Peter Sneep (1962) is organist van drie vrijgemaakt-gereformeerde kerken in Amersfoort: de Kandelaar, de Schaapskooi en de Martuskerk. Hij componeert kerkmuziek en maakte daarvan een aantal cd’s. Orgelles kreeg hij van Hetty Koelewijn en Gerrit ’t Hart. In De Kandelaar is hij lid van de cantorij, die onder leiding van Harry van Wijk eens in de zoveel tijd aan de diensten meewerkt. Hij is radiopresentator bij de Reformatorische Omroep. Van 1986 tot 2014 werkte hij bij het Nederlands Dagblad. Hij is getrouwd met Petra en vader van Anna (2) en Manuel (0).

2 Comments

  1. Weer een leuk stukje om te lezen, Peter.
    Wat mij echter verbaast is dat de dames waarschijnlijk katholiek waren. Bij ons in de kerk is een geanimeerd gesprek tijdens de mis namelijk écht niet de gewoonte.. Wellicht konden ze Alain gewoon op waarde schatten? 😉

  2. Ik heb je stukje vorige week gemist. Jammer, ik vind ze altijd zo leuk.
    Interessant om te lezen hoe het in een ander kerkverband er aan toe gaat

Reacties zijn gesloten bij dit onderwerp.