RECENSIE Gerben Mourik – Domkerk Utrecht

Gerben Mourik is dit jaar 25 jaar organist. Vorige week vierde hij dat met een concert in de Domkerk in Utrecht. Dat was tevens het presentatieconcert van een nieuwe cd, opgenomen op dezelfde locatie.

Text Example

advertentie



Mourik heeft naam gemaakt als meesterimprovisator en als vurig pleitbezorger van neobarokmuziek en -orgels, mede door succesvolle cd’s op dat gebied. Een uniek en sterk artistiek profiel! Als je dan weer een nieuwe cd maakt die buiten dat kader valt, getuigt dat van durf en creativiteit. 

Gerben Mourik heeft zich in een interview eens laten ontvallen dat hij het spelen in kerkdiensten leuker vindt dan het spelen van concerten. Hij voelt zich vooral kerkorganist. Ook is hij zich er goed van bewust dat de afgelopen kwarteeuw een leven is geweest met familie en vrienden en collega’s. Elke track van zijn nieuweling is dan ook aan één van hen opgedragen, heel sympathiek en veelzeggend. 

Pijler

Deze motieven vormen de pijler waarop het programma gebouwd is: psalm- en liedbewerkingen van Nederlandse componisten die een grote rol in zijn leven speelden, afgewisseld met orgelliteratuur van zijn lievelingscomponisten. Een uitgangspunt waarmee je nog steeds vele kanten op kunt en dat gaat het dan ook wel een beetje.

Op de cover staan naast de componistennamen improvisaties vermeld maar dat is misschien enigszins misleidend omdat maar één track geïmproviseerd is. Die improvisatie is dan meteen wel een hoogtepunt van de cd, waarin de gekozen neoklassieke stijl verbluffend goed getroffen is.

Verrassing

Een verrassing is de Fuga van Pepping die zelfs fervente neobarokhaters zullen waarderen vanwege het speelse en tegelijk haast symfonische, meeslepende karakter. Psalm 121 van Bonefaas boeit door een sereen karakter en is van een poëtische schoonheid. 

Het stuk van Damjakob (première) dat ontstaan is uit een improvisatie bestaat uit een wondermooie, verstilde meditatie, gevolgd door een indrukwekkende, grootse fuga. Een aanwinst voor de orgelliteratuur. In de versetten van Escaich komen organist en orgel helemaal los. Je moet ervan houden maar de Franse bravoure van tumultueuze ritmes en felle klankkleuren komt hier optimaal tot z’n recht.

Kanttekeningem

Natuurlijk zijn er bij enkele programmaonderdelen ook kanttekeningen te plaatsen. De Toccata van Van den Berg is eigenlijk wat te schetsmatig om een blijvende indruk achter te laten. Keijzer heeft betere psalmbewerkingen geschreven. Zijn Psalm 4 is in absolute zin weliswaar een leuk en goed stukje muziek maar door het bedrijvige perpetuum mobile is van woord-toonrelatie jammer genoeg geen sprake: De psalmtekst is een uiterst bezonken avondlied dat rept van een vredig en gerust inslapen.

Franck op het Domorgel is niet altijd een gelukkig huwelijk. Weliswaar roemde Cavaillé-Coll in 1844 de grondstemmen en de ‘bonnes trompettes’ maar de voor Franck bijna onvermijdelijke Echotrompet van het Bovenwerk was toen nog niet door Witte gewijzigd in een stugge blazer. Tot overmaat is de uit 1911 daterende zwelkast niet soepel te bedienen. Een echte tour de force dus om tot mooi Franckspel te komen! De ingehouden interpretatie van Gerben is hem dan ook niet helemaal aan te rekenen. Maar Franck kan een bescheiden vertolker goed hebben.

Geen makkelijke tante

Meer in het algemeen moet gezegd worden dat ‘tante Bätz’, zoals het Domorgel wel wordt genoemd, geen makkelijke tante is om te bespelen. Voeg daarbij de hectiek van een opnamesessie, dan is het niet verwonderlijk dat je als bespeler wat terugvalt op je routine, ten koste van muzikaliteit en expressie. En dat is tussen de noten door hier en daar wel wat waarneembaar.

Mourik laat het Domorgel betoveren met wonderschone stemmen maar soms ook verbijsteren met een ongenadig massieve, knalharde muur van klank. Dat laatste is een eigenschap die in de kerk zelf ook wel valt te constateren dus het is in ieder geval iets wat de opname niet maskeert. Maar in de opname staat het orgel wel mooi in de ruimte.

Persoonlijk

De teksten in het booklet zijn een genot om te lezen. Elke track krijgt een beknopte maar terzake doende toelichting en wordt voorzien van een persoonlijk, vaak anekdotisch commentaar, met een foto van de componist. Het is alsof je Gerben zelf enthousiast en sympathiek hoort vertellen over gedenkwaardige contacten in de afgelopen 25 jaar!

Damjakob en Escaich schreven zeer lovende kritieken bij de interpretaties van hun stukkendoor Mourik. Die zijn in het boekje opgenomen; een origineel idee en ook hier weer heel persoonlijk!

De vormgeving is, zoals we gewend zijn van Gérard van Betlehem, uit de kunst. De cover is zelfs ronduit weergaloos en nu al een klassieker.

Moodboard

De cd is als als een moodboard: een collage van teksten, foto’s en muziek, waarin Mourik op een heel persoonlijke, originele en boeiende manier reflecteert op zijn jubileum. Tegelijk is het een mooie, geslaagde toevoeging aan zijn discografie. En dat is, evenals het jubileum zelf, een hartelijke felicitatie waard!

Gerben Mourik | Domkerk Utrecht

Bach: Sinfonia ‘Gottes Zeit ist die allerbeste Zeit’; Karg-Elert: Inventione ed Interludio ‘Wer nur den lieben Gott läßt walten’; Pepping: Fuge 1 über BACH; Bonefaas: Poème Psalm 121; Van den Berg: Toccata Psalm 87; Keijzer: Psalm 4; Mourik: Improvisatie: Variaties over ‘Dankt, dankt nu allen God’; Damjakob: Meditation und Fuge ‘In dieser Nacht’; Franck: Cantabilé; Duruflé: Scherzo; Escaich: Cinq versets sur ‘Victimae Paschali’

Vita Recordings – 202101, TT 79’28, opname 03/2021, prijs € 7,50 – € 12,50 (downloads) / € 14,95 (cd, tijdelijk tot 30 april 2021, incl. verzendkosten) | gerbenmourik.nl